Bonsai I is een hele mooie sierplant die in veel huizen in een of twee potten staat. Hij ziet er heel uniek uit en heeft een heel natuurlijk karakter, en bonsai bomen zijn erg populair als een vrij speciale boomsoort. Bonsai heeft een lange geschiedenis in China, maar tegenwoordig weten maar weinig mensen hoe ze het goed moeten houden.
Als je een beginnende bonsai-liefhebber bent, hoe ga je dan voor deze unieke planten zorgen? Hier zijn een paar basisprincipes voor het verzorgen van gekweekte bonsaibomen.
Eerste punt: licht

Bonsaibomen moeten ten minste 5-6 uur per dag in direct licht staan, hoewel deze eis enigszins varieert afhankelijk van het soort bonsaiboom, waarbij direct of diffuus licht wordt gegeven, afhankelijk van of de boom van licht houdt of niet, maar hij mag niet in de overmatige schaduw staan.
We zien bonsaibomen op veel tuinbouwshows die binnen in de schaduw staan, maar na de show moeten deze bonsaibomen gewoon naar een zonnige plek worden verplaatst en kunnen ze maar korte tijd in de schaduw blijven staan.
Normaal gesproken vereist het verzorgen van een bonsaiboom elke dag meer direct licht, dus als je bonsaiboom in een ruimte met weinig zonlicht staat, moet je het licht iets verhogen en hem lange tijd in zonlicht houden om hem beter te laten groeien.

Je moet je bonsaiboom echter niet in één keer blootstellen aan zonlicht. Als je van een omgeving met weinig licht naar een omgeving met veel direct licht gaat, moet je dit geleidelijk doen.
Bonsaibomen moeten ook te veel kunstlicht vermijden, omdat dit de bonsaiboom niet het spectrum geeft dat hij nodig heeft.
Punt 2: Aandacht voor bewatering
Bonsaiboompjes moeten regelmatig water krijgen, meestal als de grond droog is onder het oppervlak, 2 tot 4 cm, en dan elke keer grondig water geven, waarbij je niet te weinig water geeft en de grond niet helemaal laat uitdrogen.

In de zomer en winter is er bijvoorbeeld een groot verschil: als de zon meer schijnt, moet je vaker water geven en als de temperatuur daalt en de zon minder schijnt, moet je minder vaak water geven.
Controleer de grond regelmatig, maar vermijd beschadiging van de wortels. Geef bij voorkeur 's ochtends water, of zelfs 's ochtends en 's avonds in de zomer als de temperaturen hoog zijn.
Geef in de winter, wanneer de temperatuur daalt, meer dan één keer per week water tijdens de rustperiode, wanneer te veel water erg slecht is voor de groei van de bonsai.

Als er minder zonlicht is, moet je minder water geven; als de hoeveelheid zonlicht toeneemt, moet je vaker water geven.
Punt 3: Bodemselectie
Om een bonsaiboom te kweken moet je een specifieke potgrond gebruiken. Je kunt bonsaigrond rechtstreeks bij een bloemist kopen; elk soort bonsaiboom heeft een ander soort grond nodig om te kweken.
Een goede potgrond houdt het water beter vast en zorgt voor een goede drainage, zodat de grond niet te nat wordt. De grond moet ook een bepaald vruchtbaarheidsniveau hebben en een goede pH, of zuurtegraad en alkaliteit van de grond, behouden; een pH tussen 6,5 en 7,5 is het meest geschikt.

Bonsai bomen moeten ook regelmatig worden veranderd, dit hangt af van de wortelgroei conditie van de bonsai boom, van de ene pot naar de andere pot om de juiste tijd te kiezen, is het het beste om de pot te veranderen tijdens de winterrust, slapende periode meer zal niet opslaan veel energie, in staat zal zijn om snel weer te groeien na de verandering.
Punt 4: Bodem en potten vervangen
Bonsaibomen worden over het algemeen onderhouden in potten die eens in de 1 tot 5 jaar worden vervangen, als de gebruikelijke verzorging relatief normaal is, is dit nog steeds een verschil van soort.
Sommige bonsaibomen met een snellere groei en jongere planten moeten over het algemeen eens in de één of twee jaar ververst worden, terwijl sommige oudere bonsaibomen ongeveer eens in de vijf jaar ververst moeten worden.

Naast het observeren van de hernieuwde groei, kun je ook naar de bladeren kijken. Als de bonsaiboom nog steeds een constante stroom van nieuwe bladeren heeft en de jonge bladeren die net zijn gegroeid gelig worden, is dit het bewijs dat hij moet worden vervangen.
Als er ook kleine scheuten verschijnen op de takken onderaan de bonsaiboom, is het tijd om de pot te vervangen en de wortels van de bonsaiboom goed te snoeien.
Punt 5: Bemesting en goed snoeien
Bonsaibomen moeten regelmatig gesnoeid worden om te voorkomen dat hun takken en bladeren te uitbundig worden en om een bepaalde hoogte te behouden zodat ze meer tot hun recht komen.

Bonsaibomen moeten regelmatig bemest worden met een speciale bonsaimeststof, of minder vaak als het binnenbonsai zijn.
De bemestingsfrequentie voor bonsaibomen is iets hoger dan voor normale bonsaiplanten. Om een bonsaiboom te onderhouden moet je de juiste hoeveelheid stikstof, fosfor en kalium geven, bij voorkeur met een speciale bonsaimeststof. Kies bij het bemesten altijd voor bemesting tijdens het groeiseizoen en vermijd bemesting tijdens de slapende wintermaanden.
Om de bonsaiboom in goede conditie te houden, moet hij regelmatig gesnoeid worden om hem een goede vorm te geven. Snoeien moet op het juiste moment gebeuren, bij voorkeur als de boom net uit de rustperiode is en weer is gaan groeien, en het snoeigereedschap moet scherp zijn.
Als een bonsaiboom te hoog wordt, is het belangrijk om de top in te knijpen zodat de hoogte onder controle gehouden kan worden en een goede vorm behouden blijft.














